ontwikkeling van bodems
Bodems veranderen op langere termijn. Kalk en ook veel voedingsstoffen voor de planten spoelen uit en verdwijnen. De grond wordt steeds zuurder.
Bodems veranderen op langere termijn. Kalk en ook veel voedingsstoffen voor de planten spoelen uit en verdwijnen. De grond wordt steeds zuurder.
Je kunt spreken van jonge en oude gronden. Jonge, net afgezet door rivier of zee. Oude, sterk verarmd.
Alle gronden van de wereld zijn in te delen in de reeks van jong naar oud. De plaats in de reeks bepaalt het landschap en heeft een zeer grote invloed op het wenselijke bodembeheer in de landbouw.
Zo ontwikkelen bodem en landschap zich over langere tijd
In foto's
Het landschap:
Landschap
Eerst is er een natte vegetatie met bijvoorbeeld riet (Oostvaardersplassen). Dan een weelderig bos (bij Lelystad). Bij het ouder worden verschijnen eiken, beuken en lindes (Zoelen). Dan wordt de bodem zuur en gaat eik overheersen (Drempt). Tenslotte nog zuurder en wat op zandgrond nu overal al te zien is zal ook op kleigronden gebeuren: Berk, den, heide (Austerlitz) verschijnen. Tenslotte verdicht de grond en ontstaat hoogveen (Fochteloo).
En de bodem
1. zeeklei 2. oudere rivierklei 3. kalkloze oude klei 4. humusinspoeling zandDe bodem:
1. Zeekleigond met schelpen er nog in en heel weinig organische stof.
2. Kleigrond in de Betuwe. Ruim organische stof en diepe beworteling.
3. Alle kalk weg. De bodem wordt zuur en verdicht.
4. Op klei nog nauwelijks te zien, maar op zand overal: zure humus van den, berk en heide verdicht de grond.